Alumni

Alumnus: Wieger Veldhuis
Functies: Officier van justitie Landelijk Parket
Studies: BA Rechtsgeleerdheid & MA Strafrecht

“In 2003 ben ik tijdens mijn differentiefase strafrecht, stage gaan lopen bij het OM. Beoordelen van hoger beroep zaken in de voorlopige hechtenis fase. Een van mijn eerste zaken was een grote wapenvondst in het verhuurde huis van een bekende soapactrice. Die actrice had er niks mee te maken, maar de wapens lagen daar wel en daar zat een wereld achter die mij direct boeide. Hoe was dit gegaan en wie was verantwoordelijk. En vooral, hoe onderzoek je en hoe bewijs je dat? Ik was echter strafrecht gaan studeren met het idee om strafrecht advocaat te worden. De ‘andere’ kant dus. Waarom? Rechten van verdachten, bescherming tegen overheid en spannende verhalen. Tijdens die stage kwam ik erachter dat het juist het OM - de officier van justitie - is, die de beslissingen neemt over de rechten, de plichten en de privacy van verdachten en andere betrokken in een strafrechtelijk onderzoek. De officier werkt in een spanningsveld. Hij moet afwegingen maken tussen de belangen van verdachten en andere betrokkenen waaronder ook de belangen van slachtoffers en de maatschappij bij het oplossen en voorkomen van strafbare feiten. Het werk was dus veel breder dan alleen maar de kant van de verdachte. En, wat bij mij de doorslag gaf: als je die rechten van verdachte op een eerlijk en transparant proces belangrijk vindt, moet je zelf de beslissingen nemen en niet pas achteraf kunnen oordelen. Het werd dus een baan bij het OM.

Inmiddels ben ik officier van justitie. Een enorm leuke baan met bijzondere bevoegdheden en ik heb tal van zaken gedaan. Van schulddelicten: een brugwachter, veroordeeld is voor een noodlottig dodelijk ongeval, een grote corruptie zaak tegen een provinciaal bestuurder en ondermijningzaken, waar de boven en onderwereld vermengd zijn. Sommige onderzoeken zijn spannend, het kat en muis spel, waar de muis geen weet heeft van de kat, maar ook zaken van lange adem, internationale samenwerking, strategie en soms zeker ook frustratie. Maar in elke zaak, groot en klein, komt die belangenafweging weer terug. Terwijl ook de context waarbinnen die afweging moet worden gemaakt verandert. Strafrecht is zeker geen rocketscience, maar wel in ontwikkeling en het goed en transparant toepassen van bevoegdheden is uitdagend. Op zitting sta ik daarvoor. Inmiddels ben ik officier van justitie internationale misdrijven bij het landelijk parket en hou ik me bezig met de opsporing en vervolging van oorlogsmisdrijven, misdrijven tegen de menselijkheid en genocide. Dat had ik nooit gedacht, toen tijdens die zaak over het huis de soapactrice. Ook nu zijn er trouwens veel stageplekken..”